Wanneer mensen gaan scheiden, schrikken ze vaak van de kosten. Met als gevolg dat veel mensen zelf hun scheiding regelen. Op zich begrijpelijk, want dat kost alleen tijd en geen geld. Helaas worden wij vaak geconfronteerd met grote financiële problemen van mensen die enkele jaren geleden zelf hun scheiding hebben geregeld. Wat deden ze verkeerd?
1. “Onze huwelijkse voorwaarden tellen niet meer. We delen gewoon alles zoals wij dat willen.”
Wanneer huwelijkse voorwaarden niet worden uitgevoerd bij een scheiding, kan dit fiscale gevolgen hebben als één der partners hierdoor wordt “overbedeeld”. De fiscus ziet dit als schenking waarover tenminste 30% belasting moet worden betaald.
2. “Jij krijg het huis en ik betaal geen alimentatie.”
Netto vermogensbestanddelen worden verrekend met bruto uitkeringen. De verkrijging (bijv. de helft van de waarde van de woning) wordt belast met inkomstenbelasting van tenminste 33%.
3. “Ik mag in het huis blijven wonen zolang ik wil.”
Voor de bewoner en voor de vertrekkende partner geldt dat de woning niet (of slechts ten dele) wordt aangemerkt als ‘eigen woning’. In die verhouding is de hypotheekrente niet aftrekbaar. De netto woonlasten stijgen dus fors.
4. “Wij hebben geen notaris nodig, we hebben een convenant.”
Het convenant bindt alleen naar elkaar toe, niet naar derden. Voor vastgoed, aandelen van een BV, etc. is altijd een notaris nodig.
5. “Als ik dood ga, krijg jij mijn nabestaandenpensioen.”
Dat is nog maar zeer de vraag. Dit is onder andere afhankelijk van de pensioenregeling.
6. “Ik houd mijn pensioen, jij neemt de caravan.”
Zie punt 2.
7. “We maken zelf ons convenant.”
Gemaakte afspraken moeten op juridisch juiste wijze vastgelegd worden. Door onjuiste aannames of onvolledige informatie kan bij mogelijke discussies een beroep worden gedaan op misleiding, hetgeen het gehele convenant teniet doet gaan.
8. “Jij krijgt de auto en dan betaal ik geen kinderalimentatie.”
Hier is sprake van afkoop kinderalimentatie. Dit is niet toegestaan omdat kinderalimentatie een zaak is van openbare orde.
9. “Een ouderschapsplan is niet nodig, we regelen het samen wel.”
De werkelijkheid is weerbarstiger. Indien er geen duidelijke afspraken vastliggen, dan kan een mismatch van verwachtingen leiden tot hevige discussies. Daarnaast is het sinds 1 maart 2009 wettelijk verplicht om een gedetailleerd ouderschapsplan op te stellen.
10. “De erfenis van mijn vader is en blijft van mij.”
Deze opmerking is heel begrijpelijk, helaas geldt dit niet in alle gevallen. Het is afhankelijk van de huwelijksvoorwaarden en het testament van de erflater. Wanneer je dit op onjuiste wijze regelt kan de ex-partner daar later alsnog aanspraak op maken.